Een stukadoor
Een stukadoor is een vakman die specie aanbrengt op muren, wanden, plafonds en gevels. Een stukadoor levert stucwerk, bestaande uit specie, pleister of gipsmortel, en vormt daarmee een afwerklaag welke bedoeld is ter bescherming of verfraaiing van het interieur of exterieur.
Soorten stucwerken
Raapwerk
Voorbewerking van ruwe en scheve wanden en plafonds met pleister. De toepassing van dit stucwerk is voornamelijk functioneel. Door het aanbrengen van verschillende diktes kunnen oppervlakten rechtgetrokken worden, waarna een gewenste pleister kan worden aangebracht om de wand te verfraaien.
Vlak stucwerk
Bij een vlakke afwerking, brengt een stukadoor een pleisterlaag aan zonder versieringen. Tegenwoordig is vlak stucwerk de meest populaire vorm van stukadoorswerk, waarna men deze afwerkt met behang, verf of tegels.
Schuurwerk
Speciale afwerking door het afschuren met een schuurmotief. Bij lichtinval geeft dit een speciaal effect.
Sierpleister
Spachtelputz, rustiekputz, parelpleister en barokpleister) Afwerken van een wand met kunststofgebonden pleister dat deels uit marmerkorrels bestaat. Variatie is mogelijk in kleur en korrelgrootte.
Stucmarmerwerk of beton cire
Hiermee imiteert een stukadoor het uiterlijk van marmer of beton.
Naden smeren
Deze vorm wordt vrijwel het vaakst toegepast bij gipsplaten. Na de montage van gipsplaten dienen deze afgewerkt te worden met de daarvoor geschikte materialen. Na het dichtzitten van de naden, kunnen de gipsplaten fungeren als ondergrond voor andere vormen van stucwerk, of afgewerkt worden met behang en verf.
Spuitwerk
Dit is stucwerk dat op machinale wijze wordt aangebracht door middel van een spuitmachine. De structuur verschilt per grondstof die wordt gebruikt. Hierbij maakt men het onderscheid tussen een gladde afwerking (dunpleister) of afwerklaag met een korrelige structuur (spack).